Max Westerman: ‘De exorbitante kosten zijn de achilleshiel van de monarchie’
DOOR MAX WESTERMAN
Onwillekeurig vergelijk ik zaken in mijn vaderland met die in het land waar ik de helft van mijn leven heb gewoond: de Verenigde Staten. Nederland doorstaat die toets in de meeste gevallen met glans. Tot ik uitkom bij het koningshuis, het instituut dat er bij de Nederlanders met de paplepel is in gegoten, waardoor ze ook de uitwassen ervan veelal als normaal beschouwen.
Was ik nou echt de enige die zich vorig jaar verbaasd achter de oren krabde toen na de peperdure verbouwing van Huis ten Bosch een zaal werd onthuld die behangen was met het dna van het koningspaar? Stel je voor, Donald en Melania Trump besluiten hun erfelijke materiaal in kaart te laten brengen en dopen de Roosevelt Room om tot dna Room. Ik denk dat de president die met veel wegkomt zelfs van het rechtse Fox de wind van voren zou krijgen. Grootheidswaanzin! Zonnekoning!
Maar in de Nederlandse pers zocht ik tevergeefs een kritisch commentaar op dit staaltje zelfverheerlijking. De dna-salon werd slechts beoordeeld op zijn artistieke waarde: ‘eigentijds’, zo oordeelde de Volkskrant, in een artikel waarin twee keer wordt vermeld dat de pers die dag bij hoge uitzondering ‘mag’ kijken in het paleis. Een gunst dus, alsof belastingbetalers niet gewoon het recht hebben om via de media te zien waar hun 63 miljoen euro verbouwingsgeld heen ging.
Voor een verbouwing van het Witte Huis wordt geen greep in de staatsruif gedaan
Eigenlijk zouden die burgers natuurlijk zelf een kijkje moeten kunnen nemen. Zo gaat dat in Washington. Het Witte Huis is al sinds jaar en dag toegankelijk voor gewone Amerikanen. Het is ‘hun’ huis, benadrukt iedere president, dus wees welkom op een van de dagelijkse gratis tours. Als het Witte Huis aan een verbouwing toe is, wordt er geen greep in de staatsruif gedaan. Nee, de first lady gaat aan de slag om geld in te zamelen bij vermogende burgers. De White House Endowment Trust had bij het aantreden van Trump nog zo’n 50 miljoen dollar in kas. Hij gaf 3,5 miljoen dollar uit aan het opknappen van de kantoren in de West Wing, en voor een president met een voorliefde voor kitsch en weelde hield hij het opvallend functioneel en bescheiden.
Nee, dan Huis ten Bosch. De luxe druipt af van de zalen die de pers ‘mocht’ fotograferen. Er is ook een zaal waar in het behang ‘belangrijke gebeurtenissen’ uit het leven van de dna-houders zijn verweven. Dit is trouwens het ‘woonpaleis’ van Willem-Alexander; hij heeft ook een ‘werkpaleis’. En dan is er nog het Paleis op de Dam voor ontvangst van belangrijk bezoek, dus waar al die chique zalen in Huis ten Bosch voor dienen is mij een raadsel. De Amerikaanse president woont, werkt en ontvangt zijn bezoek in dat ene Witte Huis.
Hij verdient overigens minder dan de helft van onze koning en ongeveer evenveel als koningin Máxima. De first lady krijgt niets. O ja, de president regeert ook nog, maar daar hebben wij de premier voor. De ceremoniële franje waar het koningshuis zo vorstelijk voor wordt betaald doet hij ernaast. Om elk misverstand te voorkomen: ik ben niet verliefd op het Amerikaanse model. Liever hou ik het bij een premier als regeringsleider en een voornaam burger, gekozen door het parlement, als staatshoofd – zoals de Duitse president. In een democratie behoort zo’n prominente job te worden toegekend op basis van verdienste, niet afkomst.
Maar goed, ’s lands wijs, ’s lands eer. De monarchie zal er voorlopig nog wel zijn. Al merk ik in mijn omgeving dat steeds meer mensen beginnen te twijfelen of al zijn bekeerd tot de republikeinse zaak. Wat ze vooral irriteert is de geldsmijterij. Hoe kan het nou dat een volk dat bekendstaat om zijn zuinigheid het duurste en mogelijk ook rijkste koningshuis van Europa heeft? En dat het kennelijk nooit genoeg is, getuige recente schandaaltjes rond dubbel gedeclareerde onderhoudskosten en gesjoemel met erfbelasting? De exorbitante kosten zijn de achilleshiel van de monarchie. Een beetje downsizen, dát zou nou eens ‘eigentijds’ zijn.
En misschien je ook wat gastvrijer opstellen tegenover degenen die de rekeningen betalen. Huis ten Bosch was tijdens de verbouwing soms een dagje toegankelijk voor burgers die lang van tevoren hadden gereserveerd en 15 euro hadden overgemaakt. Nu de Oranjes weer ‘thuis’ zijn, is het volk niet meer welkom. De privévertrekken, waar een deel van de verbouwingskosten aan opgingen, zullen voor het publiek waarschijnlijk altijd onbereikbaar blijven. Maar regelmatige rondleidingen door onder meer de historische Oranjezaal, is dat echt te veel gevraagd? Huis ten Bosch is van ‘ons’, eigendom van de staat. Net als Het Witte Huis. Dus doe zoals de Amerikanen en gooi die paleisdeuren open!
Uit: Maarten! 2020-1
Welkom bij Maarten!
Maak eenmalig een gratis account aan en krijg toegang tot al onze artikelen. Lees gratis op onze site en ontvang elke twee weken nieuws, diepgravende artikelen, interviews, evenementen en acties van Maarten! in uw mailbox.
InloggenRegistreren